Op 3 oktober 1951 volgen gelukwensen voor het huwelijk van Nand en Sim vanwege Staatsminister Frans Van Cauwelaert, toen Voorzitter van de Kamer van Volksvertegenwoordigers:
“Staatsminister Frans Van Cauwelaert, Voorzitter van de Kamer der Volksvertegenwoordigers, heeft de eer en het genoegen aan de familiën Vercnocke en Wolfs zijn gelukwensen over te maken bij het huwelijk van de Heer Ferdinand Vercnocke met Mejuffrouw Simone Wolfs. Hij wenst het jonge bruidspaar de meest voorspoedige toekomst toe.”
De brief is niet ondertekend, waarschijnlijk heeft Van Cauwelaert de opdracht gegeven, en werd die verstuurd door zijn secretariaat ‘in naam van’, nog geadresseerd aan Nands adres in Gistel:
Nand en Van Cauwelaert waren bevriend, en hij deed af en toe schriftelijk beroep op hem tijdens zijn gevangenschap om ‘indien mogelijk de zaken te bespoedigen’. Ook na zijn vrijlating zou Nand hem nog aanschrijven.
Opmerking: Van Cauwelaert had Nand in 1947 een bezoek gebracht tijdens zijn gevangenschap:
(uit: “Lode Wils, Frans Van Cauwelaert. Politieke biografie, 2017, p. 818)
“Van Cauwelaert had een dubbele reactie op de ontwikkeling die aan de gang was [i.e.: de vraag om amnestie]. Nu het getij verliep, verzette hij zijn bakens inzake genadeverlening en zelfs eerherstel. Zijn vriend de letterkundige en ambtenaar van de Kamer Ernest Claes, aan wie weinig kon worden verweten, had hij al tijdens de eerste maanden van zijn gevangenschap bezocht. In april 1947, na de vorming van de regering-Spaak, bezocht hij in de gevangenis de letterkundige Ferdinand Vercnocke die, anders dan Claes en Borginon, openlijk het nationaalsocialisme had gepropageerd.”
Van Cauwelaert bezocht Nand in de Gevangenis van Antwerpen (Begijnenstraat), en bekwam dat Nand werd overgeplaatst naar de Gevangenis van Merksplas, waar het regime “dragelijker” was.