Woensdagavond 6 september Gedicht Nand

De nacht waart om ons beiden,
de nacht houdt ons gescheiden;
mijn lippen murmlen zacht:
Kom uit de nacht.

Ver in ’t geluidloos duister
hoort gij mijn schuw gefluister?
Voelt gij mijn donkre macht
ginds in den nacht?

Waar toeft mijn hartsbeminde?
Ik zoek en kan niet vinden,
en zucht en zwijg en wacht
hier in den nacht.

Naar U in nacht verloren,
naar U uit nacht verkoren,
wiekt mijn manend gedacht,
wiekt door den nacht.

Maandag avond, voor jou
                                6.9.50.
Nand.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *