Dinsdag 15 mei Sim 73ste brief

Antwerpen, woensdagmiddag 15/5/1951

Lieve Nand,

Ik schrijf je maar en tracht hierin een tikje moedeloosheid weg te werken. “Hoe is ‘t”? Pinksteravond heb ik vergeefs op je telefoon gewacht. We zijn dan maar maandagmorgen met het dreigend regenweer het hartje van Holland ingebold (kreeg je ons kaartje uit A’dam?)  langs Utrecht en Eindhoven bereikten we in de late avond terug ons thuis. Het “eiland Walcheren” en de mogelijke overzet Vlissingen-Breskens hebben we links laten gelaten… dàt zal “onze” beurt zijn! (1)
Heb je m’n vorig briefje ontvangen? Misschien brengt de avondpost een zalvende vertroosting!
Ik las je vers in de Linie met dubbel genoegen (2); ik heb het hier bij me het ontroert me, Nand, nu er ik weet niet welke vrees over deze donkere dag hangt, zoals voor een paar maanden terug onbezonnen over de weg heenrazend, ik naar Gistel kwam zó overvalt me deze onrust weer. Bericht me dat het goed is en dat je naar me toekomt! of wat het ook zijn moge.
Toevallig reisde ik gisteren met Pater Vervinck, die je veel groeten overmaakt en veel belang stelt in je schilderswerk. Hij bezit nog wit-zwart tekeningen van jou die hij zeer waardeert.
Lieve Nand, ik hoop dat dit week-end weer de zon in de zeilen zet. Ik denk aan jou, en weet me gans
Je Liefste


(1) Later, na hun huwelijk, zal het gezin vaak de oversteek met de veerboot maken, still uit 8mm film, 1981 naar Walcheren:

(2) “je vers in de Linie”: het gaat om het sonnet “Bij de Praalgraven van Bourgondie”, zie de opmerking bij “brief nr 67” van 27 maart.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *