Dinsdagavond 3 oktober Sim 22ste brief

Dinsdagavond, 3e Oct 1950.

Geliefde Nand!
Langs de herfstlanen ben ik zoeven uit de drukke “Voedingssalon” (1) weergekeerd. Ik voel je nog in mij spreken en .. zwijgen. Ik beleef het wonder dat ik in het leven ontdek in dit stervend seizoen. Hoe heb je in jou geconcentreerd, alles wat ik ooit verlangde en elk nieuw verlangen dat me sedert onze ontmoeting overweldigt, verbaast en verrukt terzelfdertijd!
Jij leert me bewust te leven, ons leven: het eeuwige? Ik kan je niet schrijven wat ik je te zeggen heb. Meer dan een leven lang zal ik nodig hebben je te danken om de ontroering die me, om jou, nog zó hevig doorrilt. Ik wou het kunnen uitzingen … “en nimmer zal ik rusten meer totdat ik rust in jou”. Ik kon zó moeilijk van je weg gisteren. Leef ik nog volledig nu je weer heenging? Elk afscheid is een nieuwe pijn. Ik voel me eenzaam en toch zó verbonden. Ik ben er ook bewust van hoe een leven lang niet zal volstaan je te bewonderen, je te vereren als mijn eigen heilig bezit – is dat geen begrijpen Nand? – omdat ik in je werk mag staan, in je verzen leven mag, omdat je me waardig acht dit oneindige gebied te betreden, omdat ik je voel, je benaderen mag, omdat je zo heerlijk bestaat. Daarom mag ik jou “de Grote Architect” aanbidden en danken om elk gevoel ook dat in mij ontwaakt en heersend rijpt!
Jij bent de herfststorm, die me heeft losgerukt van de boom der hunkering, der eenzaamheid, der oppervlakkige aanhankelijkheid van het dwaalwoud heb je me neergehaald, voortgewenteld, een wilde kastanje ligt weerloos voor je voeten! Ik weet hoe je kunstenaarshand ze heeft opgenomen, ze heeft beroerd met een ontroering machtiger nog dan de herfststorm die ze had afgerukt.
Ik dank je om de aaneenschakeling der onwezenlijke momenten die ons waren, tijdens dit week-end..
Ik breng de “remloze” wagen naar de garage. Ik hoop dat zaterdag ons mild zal wezen. Ik moet rekening houden met vaders toestand (2). Hij schijnt lichtjes aan de beterhand. Ik hou zó innig veel van hem en hem te zien lijden, hem te zien hunkeren naar dit leven doet me pijn vooral op dit ogenblik. Het is hard zó lief te hebben.
Telefoneer me in elk geval vrijdagavond op. Dan weet ik bepaald of afreizen kan. Elkeen groet je innig van hier uit.
Groet je ouders zeer hartelijk van me!
Ik zoen je goēn nacht, Nand, en noem me van jou in deze herfstavond,

Jouw weerloos-wilde kastanje!


(1) “Voedingssalon“: Jaarlijkse beurs op de Heizel in Brussel. Sim was aanwezig als vertegenwoordigster van de firma waarvoor ze werkte “Van Loo-Biscuits & Chocolade.

(2) “vaders toestand”: Sims vader was al een tijdje verzwakt, waarschijnlijk ging het om een longontsteking. Hij zou overlijden op 9 oktober van dat jaar, slechts een tiental dagen na het huwelijk van Nand en Sim.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *